Onze visie op biodiversiteit

Het gezond houden van honingbijen hangt af van de leefomgeving van de bijen. Honingbijen zijn immers afhankelijk van de aanwezige bloemen voor hun nectar en stuifmeel voor hun overleving. Een omgeving waar ook andere insecten foerageren. Zorg voor de leefomgeving van bijen is dan ook een taak van de imker. De NBV spreekt zich nadrukkelijk uit voor biodiversiteitsherstel en het verbeteren van de leefomgeving van bestuivers en houdt daarbij rekening met de veranderingen in het landschap en de maatschappij.

Biodiversiteit

Velen hebben ervan gehoord maar slechts 40% van de Nederlanders weten wat het inhoudt.10% van de mensen heeft nog nooit van de term biodiversiteit gehoord. Bij biodiversiteit wordt er vaak alleen gedacht aan de verscheidenheid aan planten en dieren, maar het begrip is breder dan dat en omvat:

  • De variatie in leefgebieden en omgeving (ecologie).
  • De verscheidenheid en rijkdom aan plant- en diersoorten (taxonomie).
  • De genetische diversiteit binnen soorten (genetica).

Bovendien gaat biodiversiteit over samenhang en interactie tussen deze drie.

Eén van de (statutaire) doelen van de NBV is “het ontplooien en ondersteunen van activiteiten met het oog op het behoud en de uitbreiding van het natuurlijk leefmilieu en meer bepaald van de flora ten behoeve van de pollen- en nectaretende insecten en bestuivende insecten”. Waar voorheen de focus lag op drachtplanten van de honingbij stelt de NBV nu de soortenrijkdom en de leefomgeving van bestuivers centraal. De NBV verhoudt zich daarbij tot de ontwikkelingen in de maatschappij en staat voor een duurzame continuïteit van de imkerij.

Dit houdt in, dat:

  • De NBV zich actief inzet voor het herstel en behoud van de biodiversiteit en leefomgeving van bestuivers door middel van:
    • Een netwerk van regionale Ambassadeurs Biodiversiteit [hyperlink].
      De ambassadeurs ondersteunen, in samenwerking met lokale imkers en andere partners, gemeentes en provincies in het verbeteren van de biodiversiteit.
    • Samenwerkingen met onderzoeksinstituten, organisaties en programma’s die het verbeteren van de leefomgeving van bestuivers ten goede komen. Belangrijke samenwerkingspartners, naast veel anderen, zijn WUR, InHolland, Van Hall Larenstein, IVN (educatie en beleving), KNNV (veldonderzoek) en Entomologische vereniging sectie Hymenoptera met dezelfde doelinsecten.
    • Partnerschappen met onder andere het Deltaplan biodiversiteitsherstel en de Nationale Bijenstrategie.
  • De NBV voorlichting geeft en haar leden informeert over het belang van biodiversiteit, goed beheer en behoud van de leefomgeving van alle soorten bestuivende insecten. Dit doet zij met artikelen in het blad Bijenhouden en in Imkernieuws, aandacht in het cursusaanbod zoals hieronder beschreven, webinars en mogelijk via andere kanalen.
  • De NBV het biodiversiteitsdenken integreert in het cursusaanbod:
    • Biodiversiteit krijgt meer aandacht in zowel de basiscursus als de cursus voortgezet imkeren (niet alleen drachtplanten).
    • Verbreding van het aanbod aan cursussen op het gebied van biodiversiteit en bijenhouden (mogelijk in samenwerking met andere partners).
  • Een regelmatige actualisering van de cursusinhoud op basis van nieuw verkregen wetenschappelijke inzichten; dit vereist nauwe samenwerking met onderzoeksinstituten.
  • De NBV zet zich actief in om het imago van de honingbij en het ambacht van imkeren hoog te houden zonder afbreuk te doen aan de mogelijke invloed die honingbijen hebben op andere bestuivers.
  • De NBV zet zich in voor de vitaliteit van de honingbij d.m.v. opleidingen van imkers, voorlichting aan imker, ondersteunen regionale diagnoseteam en bijengezondheidscoördinatoren.